K. heeft moeite met de sociale interactie. Hij wordt buitengesloten en voelt zich vaak eenzaam. Eigenlijk weet ie gewoon niet hoe dat gaat; vrienden maken of voor zichzelf opkomen. In de spelkamer kiest ie voor het bordspel Kariba. Het gaat zo: Alle dieren willen drinken bij de drinkplaats, maar willen ook de eerste zijn, ze jagen elkaar daarom weg. In het begin wordt het spel gespeeld zoals het hoort, maar gaandeweg ontstaat er een soort rollenspel met de kaartjes van de verschillende dieren. ‘ He jij ga eens even opzij, ik wil er ook bij!’ roept K. als ie het kaartje van de aap naast dat van de zebra zet. Dat zou K. in het echt niet durven te zeggen! In dit spel kan hij het op een veilige manier oefenen. En wanneer hij zijn kaartje met een stokstaartje bij een paar andere stokstaartjes zet, zegt ie vol zelfvertrouwen: ‘ Hallo, ik kom gezellig bij jullie staan’. Mooi hoe een gewoon spel ineens therapeutisch wordt! Als zijn moeder na afloop aan hem vraagt wat ie gedaan heeft, zegt hij vol trots en nieuwe verworvenheden; “Ik heb een spelletje gespeeld.”